In vijf stappen naar crowdfunding

Crowd- funding groeit. Vorig jaar staken Nederlandse particulieregeldschieters via platforms een record- bedrag van €  223 miljoen in projecten van startende ondernemers. Maar is het een lucratieve vorm van investeren? En wat zijn de risico’s?

1. Wat zijn de mogelijkheden?

Toen Brownies & downieS, een keten­ van lunchrooms waar mensen met een verstandelijke beperking­ werken, via de crowd om financiering vroeg, zegde financieel interim-manager Monique­ Busch direct 1000 euro toe. Een mooi initiatief, vond ze, om deze mensen een plek in de maatschappij te geven (zie ook ‘Ervaringsdeskundigen’ hiernaast). Zo begon het ooit met crowdfunding: particulieren staken geld in vaak idealistische projecten.

Inmiddels weten ondernemers uit het hele bedrijfsleven de consument te vinden. Te investeren valt in alle denkbare sectoren en in uiteenlopende financieringsvormen. Leningen vormen ongeveer driekwart van het aanbod, volgens CrowdfundingCijfers.nl. Maar als crowdfunder kun je ook bijvoorbeeld aandelen kopen of je krijgt een tegenprestatie in natura.

2. Waar moet je zijn?

Een kleine vijftig crowdfundplatforms hebben een vergunning bij toezichthouder AFM, maar volgens crowdfundingexpert Simon Douw zijn er hooguit twintig echt actieve spelers.

De grootste zijn Collin en Geldvoorelkaar. Ook banken ruiken een kans: afgelopen lente lanceerde Knab een eigen crowdfundplatform. Sommige platforms mikken op een bepaalde sector, zoals Horecacrowdfunding, of richten zich op geldschieters met een duurzame of sociale drijfveer, zoals Oneplanetcrowd. De platforms bieden projecten aan en regelen de geldstromen, en vaak ook screenen ze de ondernemer en zijn plannen.

3. En hoe zit het met de rendementen?

De beloofde rendementen lopen uiteen, maar overtreffen de spaarrekening en (veilige) obligaties. Wel waarschuwt de AFM dat bij aanbiedingen meestal het brutorendement wordt voorgespiegeld, terwijl daar de kosten nog vanaf moeten (doorgaans ongeveer 1 procent van de inleg) en eigenlijk ook de mislukkingen.

Volgens Douw bedraagt het gemiddelde nettorendement via crowfundplatforms tot nu toe tussen 2 en 6 procent.

4. Wat zijn de risico’s?

Volgens de AFM gaat crowdfunding in 5 procent van de gevallen mis en krijgt de ‘crowdfunder’ zijn geld niet terug. De platforms zelf noemen percentages van 2 à 3 procent. Houden we die 5 procent aan, dan zit het risico tussen obligaties en aandelen in, zegt onafhankelijk beleggingsadviseur Marcel Tak. ‘Het gaat vaak om jonge bedrijven­ met weinig of geen eigen vermogen. Als het misgaat, is er geen buffer en wordt meteen het leningenkapitaal aangesproken.’

Spreiding over een flink aantal projecten is de beste remedie, een paar missers kun je dan opvangen. De AFM adviseert sowieso niet meer dan 10 procent van het belegbare vermogen in crowdfunding te steken.

De grote platforms screenen de voorstellen en hangen er risicoratings aan, maar kijk zelf ook hoe een project in elkaar zit, adviseert Tak. ‘Je moet er een goed gevoel bij hebben. Begrijp je er niet zoveel van, investeer dan niet.’ De AFM wil crowdfunding veiliger maken. Zo zijn de platforms nu verplicht inzicht te geven in rendementen en wanbetaling.

5. Hoe kom je er weer van af?

Je zit in principe de looptijd uit, gemiddeld zo’n twee tot vijf jaar. Meestal verloopt het aflossen in termijnen en begint het terugbetalen vrij snel. Met aandelen zit het anders. Die zijn doorgaans niet verhandelbaar, maar het idee is dat je met winst kunt uitstappen bij een overname.

Soms kun je de stukken ook terugverkopen aan het bedrijf. Zo werkt het bij duurzame telefoonproducent Fairphone, dat afgelopen zomer via crowdfunding 2,5 miljoen euro aan eigen vermogen ophaalde. Het bedrijf belooft over zeven jaar de aandelen terug te nemen als een overname uitblijft, tegen de dan geldende waarde.

Crowd- funding groeit. Vorig jaar staken Nederlandse particuliere geldschieters via platforms een record- bedrag van €  223 miljoen in projecten van startende ondernemers. Maar is het een lucratieve vorm van investeren? En wat zijn de risico’s?

Ervaringsdeskundigen:

‘Ik selecteer mijn investeringen op gevoel. Een bedrijf moet me aanspreken, een goed verhaal hebben. De blokjes van Banbao vind ik bijvoorbeeld heel leuk, goedkoper dan Lego, met een bijzonder assortiment en speciale spaarseries voor bedrijven. Toen ik er geld in stak, kreeg ik een doos met blokjes opgestuurd, leuk voor mijn zoontje. Het is een van de 35 investeringen die ik via crowdfundingplatform Collin heb lopen. Elke ochtend rond elf uur staan nieuwe projecten live, ik kijk altijd even of er iets leuks bij zit.’

‘Het begon in 2014 met een lening aan een vriend, die een typecursus voor kinderen opzette. Daarna was ik gewonnen. Ik kies bewust voor veel kleine bedragen, om het risico te spreiden, en ik investeer hooguit 5000 euro. Ik ben niet zo naïef te denken dat alles goed gaat.’

‘Twee financieringen heb ik inmiddels afgeboekt. Daar maak ik me niet zoveel zorgen over. Minus de kosten voor het platform en de afboekingen, heb ik tot nu toe een gemiddeld rendement gehaald van 5,5 procent. Daar ben ik blij mee. En ik vind het een mooi idee dat ik ondernemers help om iets nieuws voor elkaar te krijgen.’

‘We hadden 1 miljoen euro nodig om de productie van onze eerste tienduizend duurzame telefoons te kunnen starten, zes jaar geleden. Het ging heel snel, via crowdfunding was er in een paar maanden 7,5 miljoen euro binnen. En dat terwijl Fairphone­ nog weinig meer dan een idee was. Af en toe was ik daar behoorlijk­ zenuwachtig over. Maar voor ons was deze financieringsvorm ideaal.’

‘De bank hadden we nooit zover gekregen, die eist garanties. Dat we zoveel mensen bereikten, kwam doordat we al een jaar campagne voerden. Daarmee hadden we internationale media­ gehaald, zoals The New York Times en Al Jazeera. Zestigduizend mensen stonden op onze mailinglist. Wie meedeed, kreeg er later een telefoon voor terug.’

‘Eind 2015 hadden we 10 miljoen opgehaald. Om onze groei te financieren­ hebben we afgelopen zomer via het platform Oneplanetcrowd voor 2,5 miljoen euro aan aandelen verkocht. We willen mensen onderdeel maken van ons bedrijf­. Voordeel is dat onze 1819 aandeelhouders meteen ook ambassadeur voor ons product zijn.’

‘We denken nog na over events voor onze aandeelhouders. Eén ding is zeker: we kunnen ze niet allemaal op kantoor uitnodigen, want dan zakken we door de vloer.’